Melius Klinieken

040-8200777

Eindhoven

076-2043232

Breda

0164-203060

Bergen op Zoom

0475-206088

Roermond

Regio 3

Armen en handen

Carpaal tunnel syndroom (CTS)

De carpale tunnel ligt aan de handpalmzijde van de pols. De tunnel is een doorgang voor zenuwen en pezen die van de onderarm naar de hand lopen. Soms is de tunnel te nauw en raakt een belangrijke handzenuw (nervus medianus) in de knel. De klachten die daardoor ontstaan in uw hand noemen we het carpaletunnelsyndroom. Het komt vooral voor bij mensen van 40 tot 60 jaar oud, bij vrouwen, bij zwangeren en bij mensen met reumatoïde artritis, een te langzaam werkende schildklier (hypothyreoïdie), diabetes of overgewicht.

Het carpaletunnelsyndroom kan pijn, tintelingen en/of een doof gevoel in uw duim, vingers en handpalm geven (zelden in de pink). Soms zijn er klachten in de hele hand en stralen deze uit naar de onderarm. Deze verschijnselen kunnen aan beide handen tegelijk optreden. ’s Nachts kunnen de klachten de slaap verstoren. Kracht (vooral in de duimspieren) en gevoel kunnen minder worden, waardoor men dingen uit de hand kan laten vallen. Deze onhandigheid is er in het begin vooral ’s ochtends, maar later kan dit de hele dag blijven bestaan. Bij ernstige klachten kan men sommige werkzaamheden niet meer goed uitvoeren.

De carpale tunnel is nauw. Bij een beetje zwelling komt de middelste handzenuw (nervus medianus) al in de knel. De zwelling kan ontstaan als men met de hand of pols snelle, steeds dezelfde bewegingen maakt (bijvoorbeeld typen); de handen, polsen of armen vaak te maken hebben met trillingen (bijvoorbeeld bij werken met een drilboor); men de hand steeds lang achter elkaar ver naar voren of naar achteren gebogen houdt (in plaats van recht, in het verlengde van de onderarm).

Opties ter behandeling zijn medicatie, TENS, infiltratie van de carpale tunnel, gepulseerde stroom (PRF) t.h.v. de carpale tunnel, paramedische begeleiding.