De ziekte van Forestier is een aandoening waarbij extra bot aangroeit op plaatsen waar pezen of gewrichtsbanden aan het bot hechten. Dit heet ook wel ‘hyperostose’. Soms ontstaat op die aanhechtingsplaats een lichte ontsteking. De ziekte van Forestier wordt ook wel DISH genoemd. DISH is een afkorting van de Engelse naam “Diffuse Idiopathic Skeletal Hyperostosis”. Aangroei van het bot ontstaat vooral aan de randen van de ruggenwervels. Ook op andere plaatsen in het lichaam komt het voor, bijvoorbeeld bij peesaanhechtingen van de knie, elleboog, schouder of hiel. De aangroei bij de hiel heet hielspoor. Ook is het mogelijk dat pezen en banden verkalken.
Mensen boven de 50 jaar hebben de meeste kans op de ziekte van Forestier. Het komt vaker voor bij mannen dan bij vrouwen. Jongere mensen krijgen het bijna nooit. De oorzaak van de ziekte van Forestier is onbekend. Mensen met Forestier hebben wel vaker overgewicht en een lichte vorm van suikerziekte (diabetes mellitus).
Men krijgt bij DISH vaak last van stijfheid van de wervelkolom, pijn en minder of meer beperkingen in het dagelijkse leven. De botaangroei en de verkalking nemen heel langzaam toe en zijn blijvend. Gelukkig betekent dit niet altijd dat de klachten ook toenemen. Wel zijn je klachten vaak wisselend. De ene dag heeft men meer last van pijn en stijfheid dan de andere dag. Soms raken zenuwen of spieren bekneld door de botaangroei.
Opties ter behandeling zijn pijneducatie, medicatie, TENS, infiltratie van pijnlijke structuren, gepulseerde (PRF) – of continue (RF) stroom van pijnlijke structuren, Esketamine infuustherapie, revalidatie en langdurige paramedische begeleiding.